Behandeling van ruggenmerg- en wervelkolomtumoren: medicijnen en chirurgie, chemotherapie/radiotherapie
De behandeling is gebaseerd op het type kanker. Voor goedaardige tumoren wordt een hoger succespercentage verwacht dan voor kwaadaardige tumoren.
Het doel is in ieder geval de volledige verwijdering van de tumorcellen, zonder dat er op de MRI-scan na de behandeling een resttumor wordt aangetroffen. De behandeling is voornamelijk chirurgisch.
De chirurgische techniek en aanpak worden gekozen op basis van de evaluatie van de locatie, grootte en andere specifieke kenmerken van de tumor.
Zoals bij elke operatie bestaat er een risico op chirurgische complicaties, zoals beschadiging van zenuwen en bloedvaten met nabloeding en hematoom.
Hematoom = bloeduitstorting.
Dit kan een bron van omgevingsdruk zijn.
De betrokkene moet worden voorgelicht over het risico op beschadiging van bloedvaten en zenuwen.
Bij kwaadaardige vormen, maar ook bij uitzaaiingen, wordt ook gekozen voor de behandeling van kanker, chemotherapie of radiotherapie. Deze vormen zijn bedoeld om de groei en ontwikkeling van kankercellen te beperken of om de omvang van de tumor vóór de operatie te verkleinen.
In de postoperatieve periode is hun taak het verwijderen van achtergebleven (rest)cellen van de ruggenmergtumor.
Farmacologische behandeling met corticosteroïden, pijnstillers of niet-steroïdale antirheumatische geneesmiddelen wordt toegevoegd om de pijn te verlichten. Opiaten in geval van intense pijn.
Vroegtijdige diagnose is belangrijk, gevolgd door vroegtijdige chirurgische behandeling - hogere slagingskansen en sneller herstel na de operatie.
Bovendien vermindert dit het risico op schade en complicaties.