Behandeling van mondkanker: chirurgie, radiotherapie en chemotherapie
De prognose van de behandeling van mondkanker hangt, net als bij andere vormen van kanker, voornamelijk af van het stadium waarin de ziekte wordt gediagnosticeerd. Het grootste probleem is de late diagnose als gevolg van onduidelijke klinische symptomen in de vroege stadia en de mogelijke verwaarlozing van preventie.
De gemiddelde vijfjaarsoverleving bij een diagnose van mond- en keelkanker is ongeveer 50 %. Als de kanker in een vroeg stadium wordt gediagnosticeerd, is dat ongeveer 80 %. In een gevorderd stadium is dat 30 %.
De behandeling vereist een interdisciplinair team van chirurg, radioloog en KNO-arts (otorhinolaryngoloog). De behandeling wordt verdeeld op basis van de resultaten van de diagnostische tests en de classificatie van TMN in:
- Chirurgische behandeling
- Radiotherapie
- Chemotherapie
De tumor kan chirurgisch worden verwijderd door een benadering via de keelholte, de onderkaak of een combinatie van beide. De chirurgische behandeling omvat ook het verwijderen van de aangetaste regionale lymfeklieren.
Chirurgische verwijdering van vroege tumoren in de tonsillen en de tongwortel maakt het mogelijk de tumor te verwijderen zonder de kwaliteit en functie van de keelholte significant aan te tasten.
In de meeste gevallen wordt gekozen voor een combinatie van chirurgie en radiotherapie/chemotherapie of postoperatieve radiochemotherapie.
Bij niet-resectabele tumoren in stadium 4 wordt gekozen voor radiotherapie of chemotherapie, met als doel de ongewenste symptomen weg te nemen en het leven van de patiënt te verlengen.
Een integraal onderdeel van het behandelplan is de daaropvolgende revalidatie van de patiënt om de functionaliteit van de spieren voor voedselverwerking en slikken te verbeteren.