Hemochromatose kan op genetische basis ontstaan, maar ook door de aanwezigheid van andere ziekten in het lichaam. Bij een individu is er sprake van een verhoogde opname (in de dunne darm) en afzetting van ijzer.
In het artikel kun je meer te weten komen over de exacte etiologie, manifestaties, prognose, behandelmogelijkheden en nog veel meer.
Wat is hemochromatose?
Hemochromatose is een ziekte die wordt veroorzaakt door een verhoogde resorptie van ijzer uit het spijsverteringskanaal en een overmatige afzetting ervan in het parenchym (orgaanweefsel).
De ijzerconcentratie in het lichaam kan geleidelijk meer dan tien keer de oorspronkelijke fysiologische waarde bereiken.
Onder fysiologische omstandigheden is ongeveer 4-5 g ijzer aanwezig in het menselijk lichaam.
Van de totale hoeveelheid opgeslagen ijzer wordt 40% opgeslagen in de lever,
voornamelijk in hepatocyten (levercellen).
Hemochromatose wordt op basis van de etiologie van het ontstaan onderverdeeld in primair (erfelijk genetisch) en secundair (ijzerstapeling door een andere aandoening).
Genetische hemochromatose (GH), ook wel erfelijk genoemd, is een veel voorkomende autosomaal recessief overervende aandoening. De basis is overmatige ijzerafzetting in het lichaam.
De verhoogde ijzeropname in de organen leidt tot hun progressieve verandering en beschadiging. De ziekte werd voor het eerst beschreven door Dr. Troiser in 1871.
De ziekte manifesteert zich langzaam en geleidelijk en de persoon is zich soms tientallen jaren niet bewust van de verhoogde ijzerafzetting.
Meestal is het eerste wat opvalt een verhoogd ijzergehalte in het bloed. Later verschijnen een verhoogde bloedsuikerspiegel, een vergrote lever en specifieke hyperpigmentatie van de huid.
Secundaire hemochromatose kan ook optreden als gevolg van andere ziekten zoals bloedarmoede, diabetes, alcoholisme, nierdialyse en niet in de laatste plaats chronische leverziekte.
Bij hemochromatose doen zich verschillende gezondheidsrisico's en bijbehorende complicaties voor. De meeste daarvan ontstaan in organen die overmatige hoeveelheden ingenomen ijzer opslaan.
De schade ontstaat geleidelijk en continu in de loop van de tijd. De resulterende veranderingen treffen vooral de lever, de alvleesklier, het hart en de huid.
Gevorderde hemochromatose kan leiden tot leverschade die cirrose (chronische littekenvorming in de lever) kan veroorzaken. Schade aan de alvleesklier kan op zijn beurt leiden tot veranderingen in het insulineniveau met een risico op diabetes.
Problemen met de bloedsomloop kunnen leiden tot hart- en vaatfalen of hartfalen. IJzerafzetting in het hart kan ook onregelmatige hartritmes (aritmieën) of cardiomyopathie veroorzaken.
Een teveel aan ijzer in het lichaam kan hyperpigmentatie veroorzaken. De huid kan er gebronsd tot grijs uitzien.